Beschrijving
1723, 14 december Gedicht ondertekend: J. Oosterwijk Zinspelingen op de opgetreden blindheid van Van Oosterwijk: “Myn ligtgeloovigheit bragt my in dezen staat / Door ’t oor te leenen aan een valschen Hippocraat / Die mij heeft door ’t gezigt berooft van ’t halve leven”, op op de zonen van Van Ruster uit een eerder huwelijk. Nieuweboer: KBH (compleet ex., 30 p.), GAA